De tijd waarin reclames enkel van buitenaf worden opgedrongen zijn al lang voorbij. Bedrijven en de gespecialiseerde reclamebureaus zijn al vele jaren bezig hoe reclame en marketing succesvol kunnen worden aangesloten op de drijfveren van binnenuit van de consumenten. Reclame die enkel van buitenaf worden opgedrongen zijn niet effectief en rendabel genoeg om tot een succes te komen.
Hieronder staan enkele voorbeelden van psychologische achtergronden van de consument waarop door bedrijven ingespeeld kan worden.
Psychologie van bezit
Voorwerpen die een mens in zijn/haar bezit heeft, geven een bepaald psychologisch gevoel. Enkele voorbeelden hiervan zijn een huis met eigen spullen, die een vertrouwde plek bieden. Een vervoermiddel verschaft vrijheid en kleding biedt bescherming en warmte. Dit zijn enkele voorbeelden van de psychologie van bezit. Door op deze psychologische achtergrond in te spelen, kunnen bedrijven bij hun producten ook een dergelijk gevoel van bezit creƫren.
Consumenten zullen producten simpelweg eerder aanschaffen wanneer ze er een bepaalde behoefte mee kunnen vervullen.
Psychologie van vertoon
Een consument is bewust en onbewust altijd bezig met de manier waarop de buitenwereld hem/haar ziet. Dit is een aspect waar bedrijven zeer veel op inspelen. Consumenten vinden het erg belangrijk om een goed zelfgevoel te hebben. Iemand die zich slecht kleedt en verzorgt is minder tevreden over zichzelf dan iemand die het tegenovergestelde doet. Een goed voorbeeld van een bedrijf wat gebruik maakt van deze psychologie van vertoon is L’ Oreal. Met de slogan “Because I’m worth it” speelt het merk in op dit zelfgevoel van de consument. Lagere behoeften als een dak boven je hoofd en eten en drinken zijn relatief gezien star om mee te werken, waardoor veel bedrijven ervoor kiezen om zich te richten op de hogere behoeften zoals maatschappelijk aanzien. Dit is een behoefte die erg ‘kneedbaar’ is.
Psychologie van ongenoegen
Veel nieuwe reclame had in eerste instantie alleen het doel er voor te zorgen dat mensen zich ongelukkiger gingen voelen, bijvoorbeeld met hun lichaan en/of omgeving. Dit ongenoegen kon uiteraard weer afgekocht worden door een bepaald product aan te schaffen. Bedrijven wilden de consument laten geloven dat ze last hadden van flinke problemen. Lichamelijk ging dit bijvoorbeeld om vet haar, slechte adem of rimpels. Op het gebied van de omgeving van de consument ging dit bijvoorbeeld om de angst voor bacterieƫn, waarvoor krachtige schoonmaakmiddelen op de markt kwamen. Door hier op in te spelen wisten bedrijven bepaalde producten beter te verkopen, iets wat in deze tijd ook nog veel gebruikt wordt.
Naast deze paar voorbeelden zijn er nog meerdere psychologische achtergronden te beschrijven waaronder het inspelen op het onderbewuste van kinderen en de winkelinrichting waarbij consumenten zo veel mogelijk prikkels ontvangen in de hoop dat dit wat oplevert.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten