Het is de vraag, wat accepteert de kijker/consument? In het verleden werd op de tv niet veel geaccepteerd. Zo was de eerste blote vrouw op tv een echte taboe en werd niet geaccepteerd.
Echter was verborgen reclame in het verleden nog zeer onbewust. Er werden nog geen contracten afgesloten en het was niet confronterend aanwezig. Later werd het steeds meer brutaler, onorthodoxer en eigentijds.
Hier volgt een korte geschiedenis over de zogenaamde onderbewuste werking van reclame, deze geschiedenis leek mij goed om te vermelden, omdat tegenstanders van reclame voor kinderen nogal eens aan komen draven met voorbeelden van dit soort reclame. Deze vorm van reclame zou kinderen via hun onderbewuste proberen zo te beïnvloeden, dat zij de producten van een bepaald merk perse moeten hebben. In dit geval gaat het om reclame die nog een stap verder gaat dan sluikreclame, deze manier van reclame maken zou namelijk inspelen op je onderbewuste, net als een hypnotiseur. Het maakt de kinderen tot willoze zombies zeg maar. Of dit kan?
Aan het einde van de jaren vijftig stond elke beschouwing over de ethiek van reclame, in Engeland en Amerika, in het teken van het nieuwe wapen: de onderbewuste werking van reclame. Al jaren deden geruchten de ronde dat adverteerders een manier gevonden hadden om de consument te bewerken zonder dat hij zich daarvan bewust was. In 1934 had een Engelse maatschappij die zich bezig hield met filmreclame, proeven genomen met het projecteren van merknamen op bioscoopschermen, zo snel dat men ze niet bewust zag en door het uitzenden van boodschappen in geluiden die het menselijke gehoor niet bewust hoort. Dit werd, naar men beweerde, opgevangen door een aantal mensen die niet beseften dat ze iets gehoord of gezien hadden. In 1951 handelde Francis Williams’ roman The Richardson Story over de verbreiding van een kwakzalversmiddeltje in Amerika door middel van onhoorbare boodschappen die op de geluidsbanden van films en radioprogramma’s stonden; een methode met grote politieke mogelijkheden. De echte ophef begon vanaf 1956, toen berichten werden gepubliceerd over de, naar men aannam, succesvolle aanwending van de onbewuste werking van reclame in Amerika. Vaak werd het verhaal aangehaald van de bioscoop van New Jersey waarin boodschappen klonken als ‘Eet popcorn’ en ‘Drink Coca-Cola’. Deze boodschappen werden dan ongeveer een driehonderdste deel van een seconde op het scherm geprojecteerd, met als gevolg een duidelijk toename in de consumptie van die producten. Een voordeel van deze methodes was, volgens de gebruikers ervan, dat men de radioprogramma’s minder vaak hoefde te onderbreken voor reclameboodschappen. De verontwaardiging was natuurlijk groot. “Tot nu toe had het slachtoffer van de reclame altijd geweten dat hij slachtoffer was en hij kon zich afsluiten voor overlast als hij dat wenste”, aldus een toenmalig lezer van The Times. Was het niet asociaal en immoreel de consument van zijn vrije keuze te beroven?
De (in mijn ogen terechte) tegenkritiek is hier dat adverteerders, net als hypnotiseurs, slechts konden hopen op het stimuleren van sluimerende wensen, en dat alleen mensen met een zwakke wil mogelijk zouden reageren. Bang dat het vertrouwen in de reclame, zoals dat bestond, ondermijnd zou worden, stelde het ‘Institute of Practitioners in Advertising’ een uitvoerig onderzoek in over dit onderwerp. In hun rapport van 1958 schreven de onderzoekers dat zij geen succes van betekenis konden ontdekken in één van de talrijke proefnemingen die gedaan waren. Enkele gevallen waarover gesproken was bleken zelfs niet te bestaan. Als ‘onderbewuste’ reclame enig resultaat had, dan was er reden om aan te nemen dat zij weerstand tegen de boodschap opriep. Of dit nu uitvoerbaar was of niet, toch vond het instituut deze werkwijze onaanvaardbaar. Het was in het grootste belang van de reclame dat de doelgroepen de bewuste keuze hadden tot aanvaarden of verwerpen van een bepaald product. Deze geschiedenis lijkt in eerste instantie onder de categorieën “dat kan alleen in Amerika” en “broodje aap” te vallen, maar alleen het feit dat men uitvoerige onderzoeken heeft gedaan, bewijst hoe hardnekkig dit soort verhalen de ronde blijft doen bij het publiek, en dat reclame en reclamemakers constant moeten bewijzen dat ze er niet op uit is om het publiek te belazeren, zowel bewust als onderbewust. Een andere truc die wel wordt toegepast is die van de zogenaamd “gratis” producten.
http://www.google.nl/search?hl=nl&source=hp&q=kritiek+verborgen+reclame&meta=&aq=f&oq= reclame voor kinderen wat zou jij ermee doen?
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten